Klassieke talen: Latijn
Als je optie Latijn in het eerste jaar met succes volgde en je nog steeds honger hebt naar meer, moet je niet twijfelen om ook in het tweede jaar voor Latijn te kiezen. Deze keuze móet je maken als je in de hogere jaren een studierichting met Latijn wil volgen.
De algemene vorming in het tweede jaar van de eerste graad omvat 27 lesuren per week. Daarnaast kun je kiezen tussen vier verschillende basisopties, waar je gedurende vijf lesuren per week vanuit een persoonlijk engagement een extra interessegebied exploreert: Economie & organisatie, Klassieke talen Latijn, Maatschappij & welzijn en STEM – wetenschappen.
LATIJN
​
Nu vertrek je niet meer van bij het begin (ab ovo) en kom je dus al sneller in contact met boeiende, maar ook moeilijkere verhalen. Je toenemende kennis van de Latijnse woordenschat, van het gebruik van de naamvallen en van de tijden, stelt je in staat die teksten te ontcijferen. Maar: "nihil sine labore" (zonder inspanning geraak je nergens)...
Ondertussen openbaart zich die vreemde godenwereld, worden de helden uit de Ilias en de Odyssee vertrouwde personages en weet je precies wat Caesar overkwam op de Iden van maart. Je legt zelf steeds meer het verband tussen Latijnse, Franse, Engelse en ook Nederlandse woorden.
Zodra je begrijpt wanneer een Romein het perfectum gebruikt of het imperfectum, ken je ook het verschil in het Frans tussen de passé composé en de imparfait. Ook de Duitse naamvallen die je mogelijk in een volgende graad staan te wachten, zullen een koud kunstje zijn! En vergeet ten slotte dit niet: wat in het Latijn gezegd wordt, klinkt verstandig (Quidquid Latine dictum sit, altum videtur).
​
Maar dat wist ja natuurlijk al ...